Hyperflexibel

24/7 open, vliegen wanneer jij dat wilt.

Hoge trainingsstandaard

Persoonlijke en geduldige aanpak.

De laagste prijzen

Top prijs/kwaliteitsverhouding.

Commercial Pilot License (CPL)

Een Commercial Pilot License (CPL) vliegbrevet geeft de houder het recht om geld te verdienen gedurende z.g. single pilot operaties, zoals bij vliegles, rondvluchten, parachute springen, reclame sleepvluchten en in private single-pilot air-taxi operaties het geval is.

Let op: Een beroepspiloot Commercial Pilot License (CPL) vliegbrevet zonder ATPL-theoriecertificaat laat de brevethouder niet toe vluchten uit te voeren, waarbij een meerkoppige bemanning vereist is. Daardoor zijn vrijwel alle mogelijke multicrew werkzaamheden, zoals bij airlines en private jet operators met Airline Operator Certificate (AOC), niet mogelijk buiten de bovenstaande beschreven z.g. single pilot “luchtarbeidwerkzaamheden”! Een Commercial Pilot License (CPL) is wel een verplicht onderdeel van de vliegopleiding tot verkeersvlieger (ATPL vliegbrevet). Dit CPL brevet is dus het hoogst bereikbare vliegbrevet waarmee je een vliegopleiding kunt verlaten. Samen met je ATPL theorie certificaat krijg je een z.g. “frozen ATPL” status waarmee je overal kunt solliciteren als First Officer (FO). Dus als je een opleiding tot beroepspiloot wilt volgen voor de airlines, of privéjet piloot wilt worden, dan is het volledige ATPL vliegbrevet echt de enige optie.

Nadat je aan allerlei ervaringseisen hebt voldaan, zoals 1500 uur Total Time waaronder 500 in multicrew toestellen en 100 nachturen, krijg je na een skilltest bij de airline waar je vliegt het volledige ATPL vliegbrevet uitgereikt. Nu pas is je opleiding tot piloot eindelijk echt afgerond en kun je in een later stadium captain worden.

Lees onze unieke vliegopleidings Wiki, de enige plaats in NL waar alle EASA regelgeving kort en bondig is samengevat voor alle soorten piloot opleidingen!

Commercial Pilot License kosten (CPL)
We hebben er alles aan gedaan om de prijzen zo laag mogelijk te houden.

COMMERCIAL PILOT LICENSE (CPL)

6 COMMERCIAL PILOT LICENSE (CPL)
Books + Docs + Briefings + ATO overhead€ 832
10 hrs dual flight C152 with instructor€ 1,690
5 hrs dual flight with instructor PA34€ 2,925
Skill test€ 585
total€ 6,032
TOTAL COMMERCIAL PILOT LICENSE (CPL)*€ 6,032
*(all incl. except theory course, pilot supplies/books, government charges (LPE/Medical/Licensing) req. landings & exam fees, possibly extra req. flights and landings)

TOTAL

€ 6,032
€ 6,032

*(all incl. except theory course, pilot supplies/books, government charges (LPE/Medical/Licensing), possibly extra req. flights and landings not in homebases)

 

Specifieke voordelen van de Commercial Pilot License (CPL) bij ExecutiveFlight

  • Voortreffelijke trainingslocaties op internationale vliegvelden waar je direct professioneel tussen de airliners en F-16’s vliegt.
  • Precisie navigaties van zeer hoog niveau in de Ardennen, een gebied met vaak slecht zicht, korte grasbanen, elevatie en weinig markeringspunten en daarom ook veel gebruikt als trainingsgebied door luchtmachten uit heel Europa.
  • Binnen een straal van 15′ vliegen zijn er tal van vliegvelden gelegen met alle mogelijke IFR approaches beschikbaar. Dit is niet meer mogelijk in Nederland.
  • Deze vliegvelden hebben vrijwel altijd trainingsslots beschikbaar en vragen geen of zeer lage landingsgelden / ATC charges.  Let op elke landing, ook elke touch & go op non home based IFR vliegvelden in NL zijn zeer kostbaar, tussen de 30 en 80 Euro. Je landt wel 30-40 keer tijdens je instrument piloot opleiding. Tel uit je winst!
  • Alle lokale landingsgelden en ATC charges zijn inbegrepen bij de vliegtuighuur
  • Bij ExecutiveFlight kun je ook de IR-theorieopleiding doen. Wel zo makkelijk. En je kunt doordat alles bij een ATO is ondergebracht ook direct beginnen met vliegen zonder eerst de theorie af te hoeven maken.
  • Als eerste in de Benelux geheel upgraded vloot en IR curriculum met de nieuwe Precison Based Navigation (PBN) approach module gebaseerd op GNSS/GPS technologie die in 2018-2020 verplicht wordt voor alle nieuwe en bestaande Instrument Piloten!
  • Instructeur, Brandstof, BTW  & TKS anti-icing vloeistof inbegrepen

Locatie

Praktijklocatie

EF base in Adriatic

Duur

1-3 maanden afhankelijk van de beschikbaarheid van de kandidaat.

Commercial Pilot License (CPL) trainingsprogramma

 Programma:

De CPL pilotenopleiding bestaat normaal uit 25 uur vliegles. (Dit kan worden teruggebracht tot 15 uur, mits men in het bezit is van een Instrument Rating (IR)):

  • 25 of 15 uur vliegles
  • 10 uur Cessna 152, Robin DR400 of DA-40
  • 5 uur op complex aircraft zoals b.v. de Diamond DA-42 Twinstar, Cessna 182RG of Mooney 20E
  • Briefings

Let op! Over het Commercial Pilot vliegbrevet bestaan veel misverstanden: Voor commerciële vluchten bij bedrijven die tevens een AOC (Aircraft Operator Certificate) ofwel een airline permit hebben is een CPL vliegbrevet onvoldoende. Hier is een ATPL vergunning noodzakelijk. Met alleen CPL theorie mag er namelijk uitsluitend in z.g. kleinere “single-pilot” toestellen gevlogen worden. Vrijwel alle commerciele operaties zijn tegenwoordig “multi-crew” en ook air-taxi bedrijven met zakentoestellen vragen tegenwoordig een frozen ATPL vliegopleiding alhoewel dit niet altijd wettelijk vereist is.

 

Algemeen

Het Commercial Pilot License (CPL) geeft de houder het recht om tegen betaling te vliegen in single pilot gecertificeerde operaties. En omdat er zeer weinig single pilot operaties gedaan worden is het brevet in de banenmarkt niet veel waard (denk aan vliegen voor brandweer, het trekken van reclame banners, etc.). Om bij een airline te mogen solliciteren (multi-pilot operatie) dient men te beschikken over ten minste een frozen ATPL, dit is een CPL + succesvolle voltooiing van de ATPL theorie examens. Het verschil tussen de ATPL theorie examens en de CPL theorie examens is slechts 1 vak en er wordt iets dieper op de overige vakken ingegaan en daarom zorgt Executive Flight ervoor dat al haar leerlingen slagen met een frozen ATPL en niet een CPL. Het frozen ATPL brevet wordt een volledig ATPL brevet wanneer de houder 1.500 uur heeft gevlogen in een multi-pilot operatie.

Aanvangseisen

Een kandidaat voor het commerciële vliegbrevet (CPL) dient te beschikken over: -Een medisch attest klasse 1. -150 uur vliegtijd. -100 uur als pilot in command waarvan minimaal 20 uur overlandvlucht. -Een vlucht als pilot in command van minimaal 300 nautische mijlen met 2 tussenstops op verschillende vliegvelden. -Een nachtkwalificatie. -De CPL of de verkeersvlieger/Air Transport Pilot (ATPL) theoretische examens

Praktijkopleiding

De praktijkopleiding bestaat uit 25 uur vliegtraining, waarvan 10 uur onder IFR condities met niet meer dan 5 uur daarvan in een simulator. Als men al beschikt over een instrument rating (IR) worden de 10 uur training onder IFR geschrapt. Van de 15 overgebleven uren dienen minimaal 5 uren in een complex vliegtuig te worden gedaan (variable pitch propeller, 4 stoelen en een retractable gear).

Theorie opleiding

De kandidaat dient examen te doen in 13 theorievakken (alle verkeersvliegers/ATPL vakken behalve IFR communicatie), de resultaten blijven 36 maanden geldig. Wat betekent dat de cursus binnen dat tijdsbestek dient afgerond te worden. Het is echter, zoals gezegd, verstandiger om ook direct het laatste vak (IFR communicatie) te halen zodat men een frozen ATPL krijgt i.p.v. slechts een CPL.

Na afloop

Een kandidaat dient te beschikken over 200 uur vliegtijd voor de afgifte van zijn commerciële vliegbrevet.

Revalidatie (rating is nog niet verlopen)

Het commerciële vliegbrevet verloopt nooit. De single engine en multi engine rating op het brevet wel, bekijk de specifieke ratings voor de revalidatie details.

Vernieuwing (rating is verlopen)

Het commerciële vliegbrevet verloopt nooit. De single engine en multi engine rating op het brevet wel, bekijk de specifieke ratings voor de revalidatie details.

Overige informatie en wettekst

Voor de kosten voor deze separate theorieopleiding zie de prijzen pagina op de website. Indien de optie Distance Learning (DLS) wordt gekozen hoeft men maar 25 uur grondinstructie te krijgen gedurende de theoriecursus CPL die men thuis zelfstandig volgt via het internet en ebooks.
Algemene eisen

FCL.300    CPL — Minimumleeftijd

Een kandidaat voor een CPL moet ten minste 18 jaar oud zijn.
FCL.305    CPL — Bevoegdheden en voorwaarden

a)
Bevoegdheden. De bevoegdheden van de houder van een CPL bestaan, binnen de toepasselijke luchtvaartuigcategorie, uit:
1) het uitoefenen van alle bevoegdheden van de houder van een LAPL en een PPL;
2) het optreden als PIC of tweede bestuurder op een luchtvaartuig dat betrokken is bij vluchtuitvoeringen behalve commercieel luchtvervoer;
3) het optreden als PIC tijdens commercieel luchtvervoer van éénpiloot-gecertificeerde luchtvaartuigen, rekening houdend met de beperkingen in FCL.060 en in dit subdeel;
4) het optreden als tweede bestuurder bij commercieel vervoer door de lucht, rekening houdend met de beperkingen in FCL.060.
b)
Voorwaarden. Kandidaten voor de afgifte van een CPL moeten voldoen aan de eisen voor de klasse- of typebevoegdverklaring van het luchtvaartuig dat wordt gebruikt tijdens de vaardigheidstest.
FCL.310    CPL — Theorie-examens

Een kandidaat voor een CPL moet blijk geven van een niveau van kennis dat toepasselijk is voor de toegekende bevoegdheden over de volgende onderwerpen:
— luchtvaartwetgeving,
— algemene kennis van het luchtvaartuig — vliegtuigconstructie/systemen/voortstuwingsinrichting,
— algemene kennis van het luchtvaartuig — instrumenten,
— massa en zwaartepuntsligging,
— vliegtuigprestaties,
— vluchtplanning en vluchtvoortgangscontrole,
— menselijke prestaties,
— meteorologie,
— algemene navigatie,
— radionavigatie,
— operationele procedures,
— beginselen van het vliegen,
— VFR-communicatie (Visual Flight Rules).
FCL.315    CPL — Opleidingscursus

Een kandidaat voor een CPL moet theorieonderwijs en vlieginstructie hebben gevolgd aan een ATO in overeenstemming met aanhangsel 3 van dit deel.
FCL.320    CPL — Vaardigheidstest

Aan de hand van een vaardigheidstest in overeenstemming met aanhangsel 4 van dit deel, moet een kandidaat voor een CPL blijk geven van de vaardigheid om, als PIC van de toepasselijke luchtvaartuigcategorie, de relevante procedures en manoeuvres uit te kunnen voeren met een graad van vakbekwaamheid passend bij de bevoegdheden die worden verleend.
SECTIE 2

Specifieke eisen voor de categorie vleugelvliegtuigen — CPL(A)

Modulaire opleiding voor een CPL — Vleugelvliegtuigen

ALGEMEEN

1. Doel van de modulaire opleiding voor CPL(A) is houders van een PPL(A) te trainen tot een niveau van vaardigheid dat noodzakelijk is voor de afgifte van een CPL(A).
2. Alvorens te beginnen met een modulaire opleiding voor een CPL(A) moet een kandidaat houder zijn van een PPL(A), afgegeven in overeenstemming met bijlage 1 bij het Verdrag van Chicago.
3. Vóór aanvang van de vliegopleiding moet de kandidaat:
a) 150 uur hebben gevlogen;
b) hebben voldaan aan de toelatingseisen voor de afgifte van een klasse- of typebevoegdverklaring voor meermotorige vleugelvliegtuigen in overeenstemming met subdeel H, wanneer een meermotorig vleugelvliegtuig zal worden gebruikt tijdens de vaardigheidstest.
4. Een kandidaat die een modulaire opleiding voor CPL(A) wenst te volgen, moet alle stadia van het onderricht binnen een aaneengesloten goedgekeurde opleiding afronden zoals opgezet door een ATO. Het theorieonderwijs mag worden gegeven aan een ATO die alleen theorieonderwijs verzorgt.
5. De cursus moet het volgende omvatten:
a) theorieonderwijs op het kennisniveau van CPL(A); en
b) opleiding in visueel- en instrumentvliegen.
THEORIEKENNIS

6. Een goedgekeurde theorieopleiding voor CPL(A) moet ten minste 250 uur onderricht inhouden.
THEORIE-EXAMEN

7. Een kandidaat moet aantonen te beschikken over het kennisniveau dat toepasselijk is voor de bevoegdheden van de houder van een CPL(A).
VLIEGOPLEIDING

8. Kandidaten zonder een IR moeten ten minste 25 uur dubbelbesturingsonderricht volgen, waarvan 10 uur instrumentinstructie, waarvan hoogstens 5 uur simulatortijd in een BITD, een FNPT I of II, een FTD 2 of een FFS.
9. Kandidaten die houder zijn van een geldige IR(A) worden volledig vrijgesteld van het dubbelbesturingsonderricht in instrumentvliegen. Kandidaten die houder zijn van een geldige IR(H) mogen voor maximaal 5 uur worden vrijgesteld van het dubbelbesturingsonderricht in instrumentvliegen, op voorwaarde dat ten minste 5 uur dubbelbesturingsonderricht in instrumentvliegen in een vleugelvliegtuig wordt gegeven. Een kandidaat die in het bezit is van een opleidingsgetuigschrift voor de module elementair instrumentvliegen, krijgt voor de vereiste instrumentinstructietijd een vrijstelling tot hoogstens 10 uur.
10.

a) Kandidaten met een geldige IR moeten ten minste 15 uur dubbelbesturingsonderricht onder visuele omstandigheden ontvangen.
b) Kandidaten zonder een kwalificatie voor nachtvliegen in een vleugelvliegtuig moeten aanvullend ten minste 5 uur nachtvlieginstructie ontvangen, waarvan 3 uur dubbelbesturingsonderricht, waaronder ten minste 1 uur overlandnavigatie en 5 solostarts en 5 sololandingen, waarbij het vliegtuig volledig tot stilstand wordt gebracht.
11. Ten minste 5 uur van de vlieginstructie moet worden uitgevoerd in een vleugelvliegtuig gecertificeerd voor het vervoer van ten minste 4 personen en dat over een propeller met variabele spoed en intrekbaar landingsgestel beschikt.
ERVARING

12. Kandidaten voor een CPL(A) moeten ten minste 200 vlieguren hebben afgerond, met inbegrip van ten minste:
a) 100 uur als PIC, waarvan 20 uur overlandvluchten als PIC, met inbegrip van één VFR-overlandvlucht van in totaal ten minste 540 km (300 NM) gedurende welke vlucht op twee verschillende luchtvaartterreinen, verschillend van het luchtvaartterrein van vertrek, wordt geland tot stilstand;
b) 5 uur vliegtijd moet ’s nachts worden gevlogen waarvan 3 uur dubbelbesturingsonderricht, waaronder ten minste 1 uur overlandnavigatie en 5 solostarts en 5 sololandingen, waarbij het vliegtuig volledig tot stilstand moet zijn gebracht; en
c) 10 uur instructie instrumentvliegen, waarvan hoogstens 5 uur simulatortijd mag zijn in een FNPT I, FNPT II of FFS. Een kandidaat die houder is van een opleidingsgetuigschrift voor de module elementair instrumentvliegen, krijgt voor de vereiste instrumentinstructietijd een vrijstelling tot hoogstens 10 uur. Uitgevoerde uren in een BITD tellen niet mee;
▼M3
d) 6 uur vliegtijd moet worden voltooid in een meermotorig vleugelvliegtuig, indien een meermotorig vleugelvliegtuig wordt gebruikt voor de vaardigheidstest.
▼B
e) Uren als PIC in andere luchtvaartuigcategorieën mogen worden meegeteld voor de 200 uur vliegtijd in de volgende gevallen:
i) 30 uur in een helikopter, indien de kandidaat houder is van een PPL(H); of
ii) 100 uur in een helikopter, indien de kandidaat houder is van een CPL(H); of
iii) 30 uur in TMG’s of zweefvliegtuigen; of
iv) 30 uur in luchtschepen, indien de kandidaat houder is van een PPL(As); of
v) 60 uur in luchtschepen, indien de kandidaat houder is van een CPL(As).
VAARDIGHEIDSTEST

13. Na afronding van de vliegopleiding en de toepasselijke ervaringseisen moet de kandidaat de vaardigheidstest voor CPL(A) afleggen op ofwel een éénmotorig ofwel een meermotorig vleugelvliegtuig.
Vaardigheidstest voor de afgifte van een CPL

A.    Algemeen

1. Een kandidaat voor een vaardigheidstest voor CPL moet instructie hebben gekregen op hetzelfde type/klasse vliegtuig dat bij de test zal worden gebruikt.
2. Een kandidaat moet slagen voor alle toepasselijke secties van de vaardigheidstest. Indien een kandidaat zakt voor een item van een sectie, zakt hij voor de volledige sectie. Wanneer een kandidaat zakt voor meer dan één sectie moet hij de volledige test opnieuw afleggen. Een kandidaat die slechts voor één sectie zakt, moet enkel de betreffende sectie opnieuw afleggen. Wanneer hij zakt voor een sectie van de herkansingstest, daarbij inbegrepen die secties waarvoor hij bij een eerdere poging was geslaagd, moet hij de gehele test opnieuw afleggen. Alle toepasselijke delen van de vaardigheidstest moeten binnen de zes maanden zijn afgerond. Kandidaten die niet slagen voor alle toepasselijke secties van de test na twee pogingen, moeten verdere opleiding volgen.
3. Als gevolg van elke vaardigheidstest waarvoor men is gezakt, kan verdere opleiding vereist zijn. Er is geen limiet voor het aantal vaardigheidstests waaraan een kandidaat mag deelnemen.
UITVOERING VAN DE TEST

4. Indien de kandidaat verkiest de vaardigheidstest te beëindigen om redenen die door de vliegexaminator (FE) als ongegrond worden beschouwd, moet de kandidaat de hele vaardigheidstest opnieuw afleggen. Wanneer de test wordt beëindigd om redenen die de FE gegrond acht, moeten slechts de niet voltooide secties in een latere vlucht worden getoetst.
5. Naar goeddunken van de FE mag elke manoeuvre of procedure van de test éénmaal door de kandidaat worden herhaald. De FE mag de test in elk stadium stopzetten indien wordt geoordeeld dat de vliegvaardigheid, waarvan de kandidaat blijk geeft, een volledige nieuwe test vereist.
6. Van de kandidaat wordt verlangd met het vliegtuig te vliegen vanaf een positie van waaruit de functies van een PIC kunnen worden uitgevoerd en de test af te leggen alsof er geen ander lid van het boordpersoneel aanwezig is. De verantwoordelijkheid voor de vlucht wordt toegewezen volgens de nationale voorschriften.
7. Een kandidaat moet aan de FE de verrichte controles en werkzaamheden meedelen, daarbij inbegrepen de identificatie van radiofaciliteiten. Controles moeten worden uitgevoerd conform de checklist voor het vliegtuig waarop de test wordt afgenomen. Van de kandidaat wordt verlangd dat hij tijdens de vluchtvoorbereiding voor de test de vermogensinstellingen en snelheden vaststelt. De prestatiegegevens inzake de start, nadering en landing worden door de kandidaat berekend conform het exploitatiehandboek of vlieghandboek voor het gebruikte luchtvaartuig.
8. De FE mag geen aandeel hebben in de bediening van het vliegtuig behalve wanneer zijn tussenkomst noodzakelijk is in het belang van de veiligheid of om onaanvaardbare vertraging voor ander verkeer te vermijden.
B.    Inhoud van de vaardigheidstest voor de afgifte van een CPL — Vleugelvliegtuigen

1. Het voor de vaardigheidstest gebruikte vleugelvliegtuig moet voldoen aan de eisen voor opleidingsvliegtuigen en moet zijn gecertificeerd voor vervoer van ten minste vier personen, en beschikken over een propeller met variabele spoed en een intrekbaar landingsgestel.
2. De te vliegen route wordt door de FE gekozen en de bestemming moet een gecontroleerd luchtvaartterrein zijn. De kandidaat is verantwoordelijk voor de vluchtplanning en draagt er zorg voor dat de uitrusting en documentatie ten behoeve van de uitvoering van de vlucht zich aan boord bevinden. De vlucht moet ten minste 90 minuten duren.
3. De kandidaat dient blijk te geven van de vaardigheid om:
a) het vleugelvliegtuig binnen zijn limieten te bedienen;
b) alle manoeuvres soepel en nauwkeurig uit te voeren;
c) blijk te geven van goed inzicht en vliegerschap;
d) luchtvaartkundige kennis toe te passen; en
e) te allen tijde het vleugelvliegtuig onder controle te houden zodat op geen enkel moment ernstige twijfels rijzen over de succesvolle afloop van een procedure of manoeuvre.
TOEGESTANE AFWIJKINGEN BIJ DE VLIEGTEST

4. De onderstaande limieten zijn van toepassing, met een marge voor turbulente weersomstandigheden en het vlieggedrag en de prestaties van het gebruikte luchtvaartuig.
Hoogte:
normale vlucht
± 100 voet
met gesimuleerde motorstoring
± 150 voet
Het volgen van grondkoersen m.b.v. radiohulpmiddelen
± 5°
Koers:
normale vlucht
± 10°
met gesimuleerde motorstoring
± 15°
Snelheid:
start en nadering
± 5 knopen
alle andere vluchtonderdelen
± 10 knopen
INHOUD VAN DE TEST

5. Items van sectie 2, onder c) en e), iv), en de gehele secties 5 en 6 mogen worden uitgevoerd in een FNPT II of een FFS.
Gebruik van de checklists van het vleugelvliegtuig, vliegerschap, besturen van het vliegtuig met behulp van visuele referenties buiten, procedures voor het voorkomen van ijsafzetting/het verwijderen van ijs en de beginselen van het omgaan met dreiging en onjuiste beoordeling zijn van toepassing in alle secties.

SECTIE 1 —  HANDELINGEN VOORAFGAAND AAN DE VLUCHT EN VERTREK
a
Vluchtvoorbereiding, waaronder begrepen:
Vluchtplanning, documentatie, bepaling van massa en zwaartepuntsligging, meteo-instructies, NOTAM’s
b
Vliegtuiginspectie en -onderhoud
c
Taxiën en opstijgen
d
Prestatieoverwegingen en trim
e
Manoeuvres op het luchtvaartterrein en in het verkeerspatroon
f
Vertrekprocedure, hoogtemeterinstelling, vermijding van botsingen (uitkijken)
g
Contact met ATC — naleving, R/T-procedures
SECTIE 2 —  ALGEMENE VLIEGTECHNIEK
a
Besturing van het vliegtuig met behulp van visuele referenties buiten het vliegtuig, waaronder begrepen rechtlijnig en horizontaal vliegen, klimmen, dalen, uitkijken
b
Vlucht op kritisch lage vliegsnelheid inclusief het herkennen van en herstellen uit beginnend en volledig overtrekken
c
Bochten, inclusief bochten in landingsconfiguratie. Steile bochten van 45°
d
Vlucht bij kritisch hoge vliegsnelheden, inclusief het herkennen van en herstellen uit spiraalduikvluchten
e
Vlucht uitsluitend op instrumenten, waaronder begrepen:
i)  horizontale vlucht, kruisvluchtconfiguratie, beheersen van koers, hoogte en vliegsnelheid
ii)  bochten in de klim- en daalvlucht met 10°-30° dwarshelling
iii)  herstellen vanuit ongewone vliegstanden
iv)  beperkt instrumentenpaneel
f
Contact met ATC — naleving, R/T-procedures
SECTIE 3 —  PROCEDURES „EN ROUTE”
a
Besturing van het vliegtuig met behulp van visuele referenties buiten het vliegtuig, waaronder begrepen kruisvluchtconfiguratie Afstands-/enduranceoverwegingen
b
Oriëntatie, kaartlezen
c
Hoogte, snelheid, koers, uitkijken
d
Hoogtemeterinstelling. Contact met ATC — naleving, R/T-procedures
e
Monitoring van vluchtvoortgang, vluchtlogboek, brandstofverbruik, beoordelen van grondkoersfout en opnieuw instellen van de juiste grondkoers
f
Observeren van weersomstandigheden, beoordelen van weersverwachtingen, uitwijkplanning
g
Het volgen van grondkoersen, plaatsbepaling (NDB of VOR), identificatie van faciliteiten (instrumentvliegen). Het tot uitvoering brengen van een uitwijkplan naar een uitwijkluchthaven (vliegen op zicht)
SECTIE 4 —  PROCEDURES BIJ NADERING EN LANDING
a
Aankomstprocedures, hoogtemeterinstelling, controles, uitkijken
b
Contact met ATC — naleving, R/T-procedures
c
Doorstartactie vanaf geringe hoogte
d
Normale landing, landing bij dwarswind (bij geschikte omstandigheden)
e
Landing op kort veld
f
Glijlanding (alleen éénmotorig)
g
Landing zonder gebruik te maken van vleugelkleppen
h
Acties na de vlucht
SECTIE 5 —  ABNORMALE PROCEDURES EN NOODPROCEDURES
Deze sectie kan worden gecombineerd met secties 1 t/m 4
a
Gesimuleerde motorstoring na het opstijgen (op veilige hoogte), gebruikelijke procedure bij brand
b
Storingen in de uitrusting
Inclusief het op alternatieve wijze neerlaten van het landingsgestel, het uitvallen van de stroomvoorziening en van de remmen
c
Noodlanding (gesimuleerd)
d
Contact met ATC — naleving, R/T-procedures
e
Mondeling gestelde vragen
SECTIE 6 —  GESIMULEERDE ASYMMETRISCHE VLUCHT EN RELEVANTE ITEMS VOOR EEN KLASSE OF TYPE
Deze sectie kan worden gecombineerd met secties 1 t/m 5
a
Gesimuleerde motorstoring gedurende de start (op veilige hoogte, tenzij uitgevoerd in een FFS)
b
Asymmetrische nadering en doorstart
c
Asymmetrische nadering en landing, waarbij het vliegtuig volledig tot stilstand wordt gebracht
d
Afzetten en herstarten van de motor
e
Contact met ATC — dienovereenkomstig handelen, R/T-procedures, bestuurderschap
f
Te bepalen door de FE — elk relevant item van de vaardigheidstest voor een klasse-/typebevoegdverklaring, waaronder begrepen, indien van toepassing:
i)  vliegtuigsystemen, inclusief het werken met de automatische piloot
ii)  werking van het systeem om de cabine onder druk te brengen
iii)  gebruik van het systeem voor ijsverwijdering en het systeem ter voorkoming van ijsafzetting
g
Mondeling gestelde vragen