Instrument rating (CBIR)
Blindvlieg aantekening: Instrument Rating (CB-IR)
Wilt u een volledige onbeperkte instrumentbeoordeling (IR) doen zonder de gebruikelijke theoretische ballast? Vandaag de dag is dit mogelijk door de introductie van e Competency-Based Instrument Rating. Voor de CB-IR zijn slechts 80 studieuren vereist met behulp van ons Distance Learning System (DLS).
Nieuw: Competency Based Instrument Rating training (CB-IR)
De houder van een CB-IR aantekening heeft dus exact dezelfde privileges als een volledige traditionele IR houder. Met een CB-IR mag u dus hetzelfde als wat u ook met een normale IR mag doen. Echter, er is slechts een kleine 80 uur zelfstudie en 8 uur klassikaal onderwijs nodig. Dus geen enorme IR of ATPL theorie-ballast van vele honderden uren meer nodig voor PPL’ ers! U dient wel te bewijzen, ten overstaan van een examiner, of u over de beoogde vaardigheid bezit. Kennis die u evt. uit eerdere ervaring of training, evt. zelfs buiten de EU hebt opgedaan.
De regelgeving hieromtrent is nieuw en vrij complex, dus deze opleiding is altijd maatwerk. Nadere inlichtingen of prijzen kunt u vinden op onze website in het EASA conversion doc.
ExecutiveFlight heeft ook een speciaal curriculum voor privépiloten van General Aviation (GA), die eigenlijk een geheel andere instrumententraining nodig hebben dan piloten van luchtvaartmaatschappijen. De complexiteit en werkdruk bij het vliegen op instrumenten voor GA-piloten in kleinere vliegtuigen met minder hulpmiddelen, waarbij een gevorderde IR piloot als enkele piloot in het diepe wordt gegooid, is veel moeilijker en risicovoller in vergelijking met startende piloten van de luchtvaartmaatschappij.


Lees onze unieke vliegopleidings Wiki, de enige plaats in NL waar alle EASA regelgeving kort en bondig is samengevat voor alle soorten piloot opleidingen!
Download de presentatie CBMIR
En-Route Instrument Rating / Competency based Instrument Rating
En-Route Instrument Rating
Competency Based Instrument Rating (CB-IR) practical course | |
---|---|
Boeken + Docs + ATO overhead | € 350 |
Competency Based Instrument Theory (ONLY IF NO EASA ATPL/CBIR THEORY obtained prior) | |
IR Instructor (30h) | € 2,870 |
Cessna 172 (30h) | € 7,687 |
ATO Cessna 172 G1000 + Instructor (10h) | € 5,135 |
10 hours of briefings (Estimate) | € 574 |
total | € 16,615 |
Competency based Instrument Rating
TOTALSINGLE ENGINE COMPETENCY BASED INSTRUMENT RATING (CBIR) on Cessna172 G1000* | € 16,615 |
*(all incl. except pilot supplies/books, theory course, government charges (LPE/Medical/Licensing) req. landings & exam fees, possibly extra req. flights and landings) | |
TOTAL Language Proficiency exam | |
LPE | € 188 |
IRI for pilots with a Flight Instructor Rating | |
Overhead | € 150 |
Training costs for 10 hours theory and 5 flight hours on FNPTII simulator practical training | € 1,870 |
CAA Administration fee | € 70 |
Examiner | € 250 |
Check ride (2 hours on C152) | € 346 |
or optional (2 hours on C172) | € 460 |
total | € 2,536 |
TOTAL En-Route Instrument Rating
€ 574 |
---|
€ 16,615 |
*(all incl. except pilot supplies/books, theory course, government charges (LPE/Medical/Licensing), possibly extra req. flights and landings not in homebases )
TOTAL Competency Based Instrument Rating (IR) practical course
€ 250 |
---|
€ 346 |
*ALL DUAL or PIC IFR flight time flown anywhere in the world, even unfinished can be deducted from the 40 hrs!
**(all incl. except pilot supplies/books, theory course, government charges (LPE/Medical/Licensing), possibly extra req. flights and landings not in homebase EBCI )
Specifieke voordelen van de Single Engine Instrument Rating (IR) piloot opleiding bij ExecutiveFlight
- Voortreffelijke trainingslocaties direct op IFR vliegvelden. Dit i.t.t. de situatie in NL waar je van b.v. Teuge, Seppe, Lelystad eerst met mooi weer naar een IFR vliegveld in NL moet vliegen! Dit scheelt enorm veel tijd en kosten en verhoogt de kwaliteit van de vlieglessen enorm.
- Binnen een straal van 15′ vliegen zijn er tal van vliegvelden gelegen met alle mogelijke IFR approaches beschikbaar. Dit is niet meer mogelijk in Nederland.
- Deze vliegvelden hebben vrijwel altijd trainingsslots beschikbaar en vragen geen of zeer lage landingsgelden / ATC charges. Let op elke landing, ook elke touch & go op non home based IFR vliegvelden in NL zijn zeer kostbaar, tussen de 30 en 80 Euro. Je landt wel 30-40 keer tijdens je instrument piloot opleiding. Tel uit je winst!
- Alle lokale landingsgelden en ATC charges zijn inbegrepen bij de vliegtuighuur (Charleroi/Luik) of zeer laag (Antwerpen)
- Bij ExecutiveFlight kun je ook de IR-theorieopleiding doen. Wel zo makkelijk. En je kunt doordat alles bij een ATO is ondergebracht ook direct beginnen met vliegen zonder eerst de theorie af te hoeven maken
- Installatie van Microsoft Flight Simulator (FSX) met allerlei hulp apps en een pin-compatible G1000 erop voor homebase proceduretraining. Scheelt enorm veel tijd en geld.
- Mogelijkheid om met deze Microsoft Flight Simulator (FSX) homesim thuis IR vliegles te volgen via het web, live met een Instructeur
- Combinatie training mogelijk met onze digitaal vliegen workshop.
- Instructeur, Brandstof, BTW & TKS anti-icing vloeistof inbegrepen
- Vliegtuighuur voor het examen inbegrepen
- All benodigde manuals & documenten op de Google Drive
Single Engine Instrument rating (SE/IR) trainingsoverzicht
Bekijk voor het trainingsprogramma van de competency based en en-route IR de EIR/CBIR Wiki hiernaast 35 uur les in een Alsim AL200 FNPTII simulator 15 uur Flight in een Cessna 182RG of een Cessna172 12 uur Briefings *Let op: voor de Instrument rating dient de kandidaat ook te beschikken over het IR theoriecertificaat (zie IR Wiki).
- Precision and non-precision instrument approaches
- Missed approach procedures
- Standard instrument departures
- Vliegen in airways
- Standard instrument arrivals en noodprocedures in Instrument Meteorological Conditions (IMC)
- Holdings (VOR, NDB)
- Intercepties (VOR, NDB)
- Procedure turns
- DME arcs
- Circling approaches
- Emergencies: Partial panel, stalls, unusual atitudes
- Nieuw: PBN / GNSS / GPS approach module mogelijk als uitbreiding
Algemeen
De houder mag onder IFR vliegen gedurende het “en route” gedeelte van de vlucht. Ook ’s nachts indien hij beschikt over een nachtkwalificatie (NQ). De houder van een EIR mag zijn vlucht alleen uitvoeren als: i) de weersomstandigheden bij vertrek zodanig zijn dat het segment van de vlucht vanaf de start tot een geplande overgang van VFR naar IFR volgens zichtvliegvoorschriften kan worden uitgevoerd; en ii) de weersomstandigheden op het geplande luchtvaartterrein van bestemming op de verwachte aankomsttijd zodanig zullen zijn dat het segment van de vlucht vanaf een overgang van IFR naar VFR tot de landing volgens zichtvliegvoorschriften (VFR) visueel kan worden uitgevoerd.
Aanvangseisen
Een geldig brevet voor privépiloot (PPL) en 20 uur overland vluchten als pilot in command.
Praktijkopleiding
Opleidingscursus. Een kandidaat voor een EIR moet binnen een periode van 36 maanden het volgende binnen een Aviation Training Organisation (ATO) te hebben voltooid. Praktijk: Instructie in instrumentvliegen, waarbij: i) de vliegopleiding voor een éénmotorige EIR ten minste 15 uur instrumentvliegtijd in opleiding omvat; OF ii) de vliegopleiding voor een meermotorige EIR welke ten minste 16 uur instrumentvliegtijd omvat, waarvan ten minste 4 uur in meermotorige vliegtuigen.Theorie: Alvorens de vaardigheidstest wordt afgenomen, moet de kandidaat blijk geven van een voor de toegekende bevoegdheden toepasselijk niveau van theoriekennis over de in FCL.615(b) genoemde onderwerpen. Vaardigheidstest. Na afronding van de opleiding moet de kandidaat slagen voor een door een examinator instrumentvliegen (IRE) afgenomen vaardigheidstest. Voor een meermotorige EIR wordt de vaardigheidstest afgenomen in een meermotorig vleugelvliegtuig. Voor een éénmotorige EIR wordt de test afgenomen in een éénmotorig vleugelvliegtuig. In afwijking van het bepaalde onder punt c) en d) moet de houder van een éénmotorige EIR die tevens houder is van een meermotorige klasse- of typebevoegdverklaring en die voor het eerst een meermotorige EIR wenst te verkrijgen, een opleiding aan een ATO afronden die ten minste 2 uur instrumentvliegtijd in opleiding tijdens de „en route”-fase van de vlucht in meermotorige vleugelvliegtuigen omvat, en slagen voor de onder punt e) bedoelde vaardigheidstest.
Theorie opleiding
Ten minste 80 uur theorieonderwijs overeenkomstig FCL.615 (https://www.easa.europa.eu/system/files/dfu/2014-022-R-Annex%20to%20ED%20Decision%202014-022-R.pdf); terug te brengen naar 8 uur met gebruik van een DLS (distance learning system).
Na afloop
Niet van toepassing
Revalidatie (rating is nog niet verlopen)
Geldigheid, verlenging en hernieuwde afgifte. 1) Een EIR is 1 jaar geldig. 2) Kandidaten voor verlenging van een EIR moeten: i) binnen een periode van 3 maanden die onmiddellijk voorafgaan aan de vervaldatum van de bevoegdverklaring slagen voor een bekwaamheidsproef in een vleugelvliegtuig; of ii) binnen 12 maanden voorafgaand aan de vervaldatum van de bevoegdverklaring 6 uur vliegtijd onder IFR als PIC en een trainingsvlucht van ten minste 1 uur met een voor het verzorgen van de IR(A)- of EIR-opleiding bevoegde instructeur volbrengen. 3) Voor elke tweede verlenging die daarop volgt, moet de houder van een EIR slagen voor een bekwaamheidsproef overeenkomstig punt g), 2), i).
Vernieuwing (rating is verlopen)
Indien een EIR is verlopen, moeten kandidaten om hun bevoegdheden te hernieuwen: i) een herhalingstraining voltooien bij een voor het verzorgen van de IR(A)- of EIR-opleiding bevoegde instructeur om het vereiste bekwaamheidsniveau te behalen; en ii) een bekwaamheidsproef afleggen. Indien de EIR binnen 7 jaar na de laatste vervaldatum niet verlengd of hernieuwd afgegeven werd, moet de houder tevens opnieuw slagen voor de theorie-examens inzake EIR overeenkomstig FCL.615(b).
Overige informatie en wettekst
Wanneer de houder van de EIR (en-route instrument rating) wat ervaring heeft opgedaan onder IFR (instrument flight rules) kan hij zijn EIR uit bereiden naar een CBIR (competency based IR) met slechts 10 uur training onder een ATO (vliegschool). De CBIR geeft de houder dezelfde rechten als een volwaardige IR, op deze manier heeft de kandidaat een volwaardig IR behaald zonder de volledige IR theorie cursus te hoeven doen.
- a) Bevoegdheden en voorwaarden 1) De bevoegdheden van een houder van een bevoegdverklaring voor „en route”-instrumentvliegen (EIR) bestaan uit het uitvoeren van vluchten onder IFR overdag tijdens de „en route”-fase van de vlucht met een vleugelvliegtuig waarvoor een klasse- of typebevoegdheid verkregen is. Deze bevoegdheid kan worden uitgebreid tot het uitvoeren van vluchten onder IFR ’s nachts tijdens de „en route”-fase van de vlucht indien de piloot houder is van een bevoegdverklaring voor nachtvliegen overeenkomstig FCL.810. 2) De houder van de EIR mag een vlucht waarvoor hij de bevoegdheden van zijn bevoegdverklaring wenst uit te oefenen enkel aanvangen of voortzetten indien de meest recente beschikbare meteorologische informatie aangeeft dat: i) de weersomstandigheden bij vertrek zodanig zijn dat het segment van de vlucht vanaf de start tot een geplande overgang van VFR naar IFR volgens zichtvliegvoorschriften kan worden uitgevoerd; en ii) de weersomstandigheden op het geplande luchtvaartterrein van bestemming op de verwachte aankomsttijd zodanig zullen zijn dat het segment van de vlucht vanaf een overgang van IFR naar VFR tot de landing volgens zichtvliegvoorschriften kan worden uitgevoerd. b) Toelatingseisen. Een kandidaat voor een EIR moet houder zijn van ten minste een PPL(A) en moet ten minste 20 uur overlandvliegtijd als PIC in vleugelvliegtuigen hebben voltooid. c) Opleidingscursus. Een kandidaat voor een EIR moet binnen een periode van 36 maanden het volgende aan een ATO hebben voltooid: 1) ten minste 80 uur theorieonderwijs overeenkomstig FCL.615; en 2) instructie in instrumentvliegen, waarbij: i) de vliegopleiding voor een éénmotorige EIR ten minste 15 uur instrumentvliegtijd in opleiding omvat; en ii) de vliegopleiding voor een meermotorige EIR ten minste 16 uur instrumentvliegtijd in opleiding omvat, waarvan ten minste 4 uur in meermotorige vliegtuigen. d) Theoriekennis. Alvorens de vaardigheidstest wordt afgenomen, moet de kandidaat blijk geven van een voor de toegekende bevoegdheden toepasselijk niveau van theoriekennis over de in FCL.615(b) genoemde onderwerpen. e) Vaardigheidstest. Na afronding van de opleiding moet de kandidaat slagen voor een door een examinator instrumentvliegen (IRE) afgenomen vaardigheidstest. Voor een meermotorige EIR wordt de vaardigheidstest afgenomen in een meermotorig vleugelvliegtuig. Voor een éénmotorige EIR wordt de test afgenomen in een éénmotorig vleugelvliegtuig. f) In afwijking van het bepaalde onder punt c) en d) moet de houder van een éénmotorige EIR die tevens houder is van een meermotorige klasse- of typebevoegdverklaring en die voor het eerst een meermotorige EIR wenst te verkrijgen, een opleiding aan een ATO afronden die ten minste 2 uur instrumentvliegtijd in opleiding tijdens de „en route”-fase van de vlucht in meermotorige vleugelvliegtuigen omvat, en slagen voor de onder punt e) bedoelde vaardigheidstest. g) Geldigheid, verlenging en hernieuwde afgifte. 1) Een EIR is 1 jaar geldig. 2) Kandidaten voor verlenging van een EIR moeten: i) binnen een periode van 3 maanden die onmiddellijk voorafgaan aan de vervaldatum van de bevoegdverklaring slagen voor een bekwaamheidsproef in een vleugelvliegtuig; of ii) binnen 12 maanden voorafgaand aan de vervaldatum van de bevoegdverklaring 6 uur vliegtijd onder IFR als PIC en een trainingsvlucht van ten minste 1 uur met een voor het verzorgen van de IR(A)- of EIR-opleiding bevoegde instructeur volbrengen. 3) Voor elke tweede verlenging die daarop volgt, moet de houder van een EIR slagen voor een bekwaamheidsproef overeenkomstig punt g), 2), i). 4) Indien een EIR is verlopen, moeten kandidaten om hun bevoegdheden te hernieuwen: i) een herhalingstraining voltooien bij een voor het verzorgen van de IR(A)- of EIR-opleiding bevoegde instructeur om het vereiste bekwaamheidsniveau te behalen; en ii) een bekwaamheidsproef afleggen. 5) Indien de EIR binnen 7 jaar na de laatste vervaldatum niet verlengd of hernieuwd afgegeven werd, moet de houder tevens opnieuw slagen voor de theorie-examens inzake EIR overeenkomstig FCL.615(b). ▼M4 6) Voor een meermotorige EIR moeten de bekwaamheidsproef voor verlenging of hernieuwde afgifte en de in punt g), 2), ii) voorgeschreven trainingsvlucht in een meermotorig vleugelvliegtuig worden uitgevoerd. Indien de piloot tevens houder is van een éénmotorige EIR, wordt met deze bekwaamheidsproef tevens verlenging of hernieuwde afgifte voor de éénmotorige EIR verkregen. Wanneer de trainingsvlucht is afgelegd in een meermotorig vleugelvliegtuig, is ook voldaan aan de eisen inzake trainingsvluchten voor de éénmotorige EIR. ▼M3 h) Wanneer een kandidaat voor een EIR instrumentvliegtijd in opleiding heeft voltooid bij een IRI(A) of een FI(A) die voor het verzorgen van de IR- of EIR-opleiding bevoegd is, kunnen deze uren worden meegerekend voor de in punt c), 2), i) en ii) voorgeschreven uren tot maximaal 5 respectievelijk 6 uur. Voor de in punt c), 2), ii) voorgeschreven 4 uur instrumentvlieginstructie in meermotorige vleugelvliegtuigen mag deze vrijstelling niet worden toegepast. 1) Om het aantal mee te rekenen uren te bepalen en de opleidingsbehoeften vast te stellen, moet de kandidaat aan de ATO een toelatingsbeoordeling ondergaan. 2) Voltooiing van de door een IRI(A) of FI(A) gegeven instrumentvlieginstructie moet in een speciaal opleidingsdossier worden opgetekend, met accordering door de instructeur. i) Een kandidaat voor een EIR die houder is van een PPL of CPL conform deel FCL en van een geldige IR(A) die overeenkomstig de eisen van bijlage I bij het Verdrag van Chicago door een derde land afgegeven is, kan volledig worden vrijgesteld van de onder punt c) genoemde opleidingseisen. Voor het verkrijgen van de EIR moet de kandidaat: 1) slagen voor de vaardigheidstest voor de EIR; 2) in afwijking van het bepaalde punt d), tijdens de vaardigheidstest ten overstaan van de examinator aantonen een adequaat niveau van theoriekennis omtrent luchtvaartwetgeving, meteorologie en vluchtplanning en -prestaties te hebben verworven (IR); 3) een minimale ervaring hebben van ten minste 25 uur vliegtijd onder IFR als PIC op vleugelvliegtuigen.
Competency based instrument rating (CBIR)
Algemeen
De CBIR (competency based IR) geeft dezelfde rechten als een volwaardig IR, echter is de theorie cursus aanzienlijk minder zwaar. De cursus voor de CBIR bestaat uit 40 uur vliegtraining maar kan worden terug gebracht naar slechts 10 uur training op basis van competentie (ervaring). Ook is de CBIR een manier om buitenlandse IR’s (instrument ratings) om te zetten naar een Europese IR, als een kandidaat met een buitenlandse IR meer dan 50 uur als pilot in command onder IFR (instrument flight rules) heeft gevlogen kan hij direct examen doen om een Europees IR te halen.
Aanvangseisen
Een kandidaat voor een dergelijke op vakbekwaamheid gebaseerde modulaire IR(A) (competency based IR) moet houder zijn van een PPL(A) of CPL(A). En ervaring hebben in het vliegen onder IFR (instrument flight rules).
Praktijkopleiding
Een goedgekeurde, op vakbekwaamheid gebaseerde modulaire IR(A)-opleiding moet ten minste 80 uur theorieonderwijs inhouden dit kan worden teruggebracht naar 8 uur met behulp van computerondersteund leren en e-learningelementen. De methode voor het verwerven van een IR(A) na deze modulaire opleiding is op vakbekwaamheid gebaseerd. Niettemin moet de kandidaat aan onderstaande minimumeisen voldoen. Aanvullende opleiding kan nodig zijn om het vereiste bekwaamheidsniveau te behalen. Een éénmotorige, op vakbekwaamheid gebaseerde modulaire IR(A)-opleiding moet ten minste 40 uur instrumenttijd in opleiding omvatten, waarvan ten hoogste 10 uur simulatortijd in een FNPT I mag zijn, of ten hoogste 25 uur in een FFS of FNPT II. Ten hoogste 5 uur aan simulatortijd in een FNPT II of FFS mag in een FNPT I worden uitgevoerd. Er zijn twee gradaties in FNPT, een FNPTI en een FNPTII, de FNPTII geeft een realistischere weergave van het echte vliegen dan de FNPTI en hierop mogen dan ook meer uren worden getraind. i) Wanneer de kandidaat: A) instrumentvlieginstructie heeft ontvangen van een IRI(A) of een FI(A) die bevoegd is voor het verzorgen van de IR-opleiding; of B) eerdere ervaring met instrumentvliegtijd als PIC op vleugelvliegtuigen, ingevolge een bevoegdverklaring voor vliegen onder IFR en in IMC, mogen deze uren worden meegerekend voor bovengenoemde 40 uur tot een maximum van 30 uur. ii) Wanneer de kandidaat eerder instrumentvliegtijd in opleiding anders dan onder punt a), i) aangegeven heeft voltooid, mogen deze uren voor de vereiste 40 uur worden meegerekend tot een maximum van 15 uur. iii) De vliegopleiding moet in ieder geval ten minste 10 uur instrumentvliegtijd in opleiding in een vleugelvliegtuig aan een ATO omvatten. iv) De totale omvang van het dubbelbesturingsonderricht in instrumentvliegen mag niet minder zijn dan 25 uur. b) Om het aantal mee te rekenen uren te bepalen en de opleidingsbehoeften vast te stellen, moet de kandidaat aan de ATO een toelatingsbeoordeling ondergaan. c) Voltooiing van de door een IRI(A) of FI(A) gegeven instrumentvlieginstructie overeenkomstig a), i) of b), i) hierboven moet in een speciaal opleidingsdossier worden vastgelegd, met accordering door de instructeur. De vlieginstructie voor de op vakbekwaamheid gebaseerde IR(A) moet het volgende omvatten: a) procedures en manoeuvres voor elementair instrumentvliegen die ten minste het onderstaande omvatten: i) elementair instrumentvliegen zonder externe visuele referenties; ii) horizontaal vliegen; iii) klimmen; iv) dalen; v) bochten in horizontale vlucht en tijdens klimmen en dalen; vi) instrumentpatroon; vii) steile bocht; viii) radionavigatie; ix) herstellen vanuit ongewone vliegstanden; x) beperkt instrumentenpaneel; en xi) herkennen van en herstellen uit beginnende en volledige overtrek; b) procedures vóór de vlucht ten behoeve van IFR-vluchten, waaronder het gebruik van het vlieghandboek en de juiste documenten voor luchtverkeersdiensten bij het voorbereiden van een IFR-vliegplan; c) de procedure en manoeuvres voor een IFR-vluchtuitvoering onder normale, abnormale en noodomstandigheden, die ten minste het onderstaande beslaan: i) de overgang van visueel naar instrumentvliegen bij de start; ii) standaard instrumentvertrek- en -aankomstprocedures; iii) „en route”-IFR-procedures; iv) wachtprocedures; v) instrumentnadering tot bepaalde minima; vi) procedures voor afgebroken nadering; en vii) landingen na instrumentnaderingen, inclusief „circling”; d) manoeuvres tijdens de vlucht en bijzondere vluchtkenmerken; e) indien zulks is vereist, besturing van een meermotorig vleugelvliegtuig tijdens bovengenoemde oefeningen, daarbij inbegrepen: i) besturen van het vleugelvliegtuig uitsluitend geleid door instrumenten met nabootsing van één niet in werking zijnde motor; ii) motor afzetten en herstarten (uit te voeren op veilige hoogte, tenzij uitgevoerd in een FFS of FNPT II). Een kandidaat voor de op vakbekwaamheid gebaseerde modulaire IR(A) die houder is van een PPL of CPL conform deel FCL (Europees PPL of CPL) en van een geldige IR(A) die overeenkomstig de eisen van bijlage 1 bij het Verdrag van Chicago door een derde land afgegeven is(ICAO of FAA), kan volledig worden vrijgesteld van de hierboven vermelde opleiding. Voor het verkrijgen van de IR(A) moet de kandidaat: a) slagen voor de vaardigheidstest voor de IR(A) overeenkomstig aanhangsel 7; b) tijdens de vaardigheidstest ten overstaan van de examinator aantonen een adequaat niveau van theoriekennis omtrent luchtvaartwetgeving, meteorologie en vluchtplanning en -prestaties te hebben verworven (IR); en c) een minimale ervaring hebben van ten minste 50 uur vliegtijd onder IFR als PIC op vleugelvliegtuigen.
Theorie opleiding
Ten minste 80 uur theorieonderwijs overeenkomstig FCL.615 (https://www.easa.europa.eu/system/files/dfu/2014-022-R-Annex%20to%20ED%20Decision%202014-022-R.pdf); terug te brengen naar 8 uur met gebruik van een DLS (distance learning system).
Na afloop
Niet van toepassing
Revalidatie (rating is nog niet verlopen)
Hier gelden dezelfde regels als bij een normale instrument rating.
Vernieuwing (rating is verlopen)
Hier gelden dezelfde regels als bij een normale instrument rating.
Overige informatie en wettekst
De competency based IR is de ideale manier voor PPL’ers om op hun gemak, zonder te veel theorie-examens te leren vliegen onder IFR IR(A) Op vakbekwaamheid gebaseerde modulaire vliegopleiding ALGEMEEN ▼M4 1. Doel van de op vakbekwaamheid gebaseerde modulaire vliegopleiding is het opleiden van houders van een PPL of CPL voor de bevoegdverklaring voor instrumentvliegen met inachtneming van eerdere instructie en ervaring inzake instrumentvliegen. Bedoeling is te zorgen voor het niveau van vaardigheid dat noodzakelijk is om vleugelvliegtuigen onder IFR en in IMC te besturen. De opleiding wordt gevolgd bij een ATO of moet bestaan uit een combinatie van instrumentvlieginstructie door een IRI(A) of een FI(A) die bevoegd is voor het verzorgen van de IR-opleiding en vlieginstructie bij een ATO. ▼M3 2. Een kandidaat voor een dergelijke op vakbekwaamheid gebaseerde modulaire IR(A) moet houder zijn van een PPL(A) of CPL(A). 3. De theorieopleiding moet binnen 18 maanden zijn afgerond. De instrumentvlieginstructie en de vaardigheidstest moeten binnen de geldigheidsperiode van de afgelegde theorie-examens worden afgerond. 4. De opleiding moet het volgende omvatten: a) theorieonderwijs op het kennisniveau van de IR(A); b) instructie in instrumentvliegen. THEORIEKENNIS 5. Een goedgekeurde, op vakbekwaamheid gebaseerde modulaire IR(A)-opleiding moet ten minste 80 uur theorieonderwijs inhouden. De theorieopleiding kan computerondersteund leren en e-learningelementen omvatten. Er moet in een minimumpercentage klassikaal onderricht als voorgeschreven in ORA.ATO.305 worden voorzien. VLIEGOPLEIDING 6. De methode voor het verwerven van een IR(A) na deze modulaire opleiding is op vakbekwaamheid gebaseerd. Niettemin moet de kandidaat aan onderstaande minimumeisen voldoen. Aanvullende opleiding kan nodig zijn om het vereiste bekwaamheidsniveau te behalen. a) Een éénmotorige, op vakbekwaamheid gebaseerde modulaire IR(A)-opleiding moet ten minste 40 uur instrumenttijd in opleiding omvatten, waarvan ten hoogste 10 uur simulatortijd in een FNPT I mag zijn, of ten hoogste 25 uur in een FFS of FNPT II. Ten hoogste 5 uur aan simulatortijd in een FNPT II of FFS mag in een FNPT I worden uitgevoerd. i) Wanneer de kandidaat: A) instrumentvlieginstructie heeft ontvangen van een IRI(A) of een FI(A) die bevoegd is voor het verzorgen van de IR-opleiding; of ▼M4 B) eerdere ervaring met instrumentvliegtijd als PIC op vleugelvliegtuigen, ingevolge een bevoegdverklaring voor vliegen onder IFR en in IMC, ▼M3 mogen deze uren worden meegerekend voor bovengenoemde 40 uur tot een maximum van 30 uur. ii) Wanneer de kandidaat eerder instrumentvliegtijd in opleiding anders dan onder punt a), i) aangegeven heeft voltooid, mogen deze uren voor de vereiste 40 uur worden meegerekend tot een maximum van 15 uur. iii) De vliegopleiding moet in ieder geval ten minste 10 uur instrumentvliegtijd in opleiding in een vleugelvliegtuig aan een ATO omvatten. iv) De totale omvang van het dubbelbesturingsonderricht in instrumentvliegen mag niet minder zijn dan 25 uur. b) Een meermotorige, op vakbekwaamheid gebaseerde modulaire IR(A)-opleiding moet ten minste 45 uur instrumenttijd in opleiding omvatten, waarvan ten hoogste 10 uur simulatortijd in een FNPT I mag zijn, of ten hoogste 30 uur in een FFS of FNPT II. Ten hoogste 5 uur aan simulatortijd in een FNPT II of FFS mag in een FNPT I worden uitgevoerd. i) Wanneer de kandidaat: A) instrumentvlieginstructie heeft ontvangen van een IRI(A) of een FI(A) die bevoegd is voor het verzorgen van de IR-opleiding; of ▼M4 B) eerdere ervaring met instrumentvliegtijd als PIC op vleugelvliegtuigen, ingevolge een bevoegdverklaring voor vliegen onder IFR en in IMC, ▼M3 mogen deze uren worden meegerekend voor bovengenoemde 45 uur tot een maximum van 35 uur. ii) Wanneer de kandidaat eerder instrumentvliegtijd in opleiding anders dan onder punt b), i) aangegeven heeft voltooid, mogen deze uren voor de vereiste 45 uur worden meegerekend tot een maximum van 15 uur. iii) De vliegopleiding moet in ieder geval ten minste 10 uur instrumentvliegtijd in opleiding in een meermotorig vleugelvliegtuig aan een ATO omvatten. iv) De totale omvang van het dubbelbesturingsonderricht in instrumentvliegen mag niet minder zijn dan 25 uur, waarvan ten minste 15 uur in een meermotorig vleugelvliegtuig moet worden uitgevoerd. c) Om het aantal mee te rekenen uren te bepalen en de opleidingsbehoeften vast te stellen, moet de kandidaat aan de ATO een toelatingsbeoordeling ondergaan. d) Voltooiing van de door een IRI(A) of FI(A) gegeven instrumentvlieginstructie overeenkomstig a), i) of b), i) hierboven moet in een speciaal opleidingsdossier worden opgetekend, met accordering door de instructeur. 7. De vlieginstructie voor de op vakbekwaamheid gebaseerde IR(A) moet het volgende omvatten: a) procedures en manoeuvres voor elementair instrumentvliegen die ten minste het onderstaande omvatten: i) elementair instrumentvliegen zonder externe visuele referenties; ii) horizontaal vliegen; iii) klimmen; iv) dalen; v) bochten in horizontale vlucht en tijdens klimmen en dalen; vi) instrumentpatroon; vii) steile bocht; viii) radionavigatie; ix) herstellen vanuit ongewone vliegstanden; x) beperkt instrumentenpaneel; en xi) herkennen van en herstellen uit beginnende en volledige overtrek; b) procedures vóór de vlucht ten behoeve van IFR-vluchten, waaronder het gebruik van het vlieghandboek en de juiste documenten voor luchtverkeersdiensten bij het voorbereiden van een IFR-vliegplan; c) de procedure en manoeuvres voor een IFR-vluchtuitvoering onder normale, abnormale en noodomstandigheden, die ten minste het onderstaande beslaan: i) de overgang van visueel naar instrumentvliegen bij de start; ii) standaard instrumentvertrek- en -aankomstprocedures; iii) „en route”-IFR-procedures; iv) wachtprocedures; v) instrumentnadering tot bepaalde minima; vi) procedures voor afgebroken nadering; en vii) landingen na instrumentnaderingen, inclusief „circling”; d) manoeuvres tijdens de vlucht en bijzondere vluchtkenmerken; e) indien zulks is vereist, besturing van een meermotorig vleugelvliegtuig tijdens bovengenoemde oefeningen, daarbij inbegrepen: i) besturen van het vleugelvliegtuig uitsluitend geleid door instrumenten met nabootsing van één niet in werking zijnde motor; ii) motor afzetten en herstarten (uit te voeren op veilige hoogte, tenzij uitgevoerd in een FFS of FNPT II). 8. Een kandidaat voor de op vakbekwaamheid gebaseerde modulaire IR(A) die houder is van een PPL of CPL conform deel FCL en van een geldige IR(A) die overeenkomstig de eisen van bijlage 1 bij het Verdrag van Chicago door een derde land afgegeven is, kan volledig worden vrijgesteld van de in paragraaf 4 vermelde opleiding. Voor het verkrijgen van de IR(A) moet de kandidaat: a) slagen voor de vaardigheidstest voor de IR(A) overeenkomstig aanhangsel 7; b) tijdens de vaardigheidstest ten overstaan van de examinator aantonen een adequaat niveau van theoriekennis omtrent luchtvaartwetgeving, meteorologie en vluchtplanning en -prestaties te hebben verworven (IR); en c) een minimale ervaring hebben van ten minste 50 uur vliegtijd onder IFR als PIC op vleugelvliegtuigen. TOELATINGSBEOORDELING 9. Inhoud en duur van de toelatingsbeoordeling worden door de ATO bepaald op basis van de eerdere ervaring met instrumentvliegen van de kandidaat.